Gereedschappen voor beroepsopleiding en leerstelsel in Kameroen
Mouda, Kameroen

De Bethleem Foundation in Kameroen wil de capaciteit van haar trainingscentrum uitbreiden van 50 naar 150 leerlingen per jaar en daarmee meer ”risicovolle jongeren” een opleiding geven om een betere kans op de arbeidsmarkt te krijgen en daardoor de kans dat ze terecht komen in het criminele circuit of bij terroristische organisaties verminderen.

Project is succesvol uitgevoerd

Ingezameld: € 6.500,-

Sponsoren: KWA bedrijfsadviseurs

Projectinformatie
De situatie
Het uiterste noorden van Kameroen is na de centrale regio, de meest dichtstbevolkte regio van het land met een bevolking van meer dan 4 miljoen. Dit is 20% van de totale bevolking. Deze regio is ook de armste met een percentage 74,3% die onder de armoedegrens leeft. Armoede is het grootst op het platteland waar overheidsinvesteringen beperkt zijn, voedselonzekerheid toeneemt – vanwege de steeds toenemende effecten van klimaatverandering zoals verminderde regenval, geleidelijke woestijnvorming en opdrogen van het Tsjaadmeer – en waar de bevolking in de afgelopen jaren geplaagd wordt door de wreedheden van Boko Haram-terroristen.

Armoede is het grootst op het platteland waar overheidsinvesteringen beperkt zijn, voedselonzekerheid toeneemt – vanwege de afnemende waterstand in het Tsjaad-meer en een geleidelijke woestijnvorming – en de situatie zeer onveilig is vanwege de aanwezigheid van de Boko Haram-terroristen.

De jongeren op het platteland hebben beperkt toegang tot centra voor beroepsopleidingen die allen in steden geconcentreerd zijn. De meeste jongeren overleven deze onzekere toekomst met kleine informele handel; sommigen raken betrokken bij criminele activiteiten en, erger nog, sommigen sluiten zich aan bij terroristische groeperingen als Boko Haram.

Het belang van het project
De Bethleem Foundation wilde deze jongeren een hoop voor een betere toekomst geven door in 1997 in Mouda een ambachtsschool op te richten.

Door het leerlingstelsel kunnen deze ‘risicovolle jongeren’ aan het einde van de opleiding direct op de arbeidsmarkt of zelfstandig of in loondienst werken. Sinds het centrum is opgericht, zijn er gemiddeld 50 jongeren per jaar opgeleid voor de verschillende beroepen. De vraag naar deze opleidingen is evenwel velen malen groter.

De leerlingen die hier een vakopleiding volgen, zijn jongeren uit het meest noordelijke en meest arme gedeelte van Kameroen, en onder hen veel wezen, half-wezen, straatkinderen en gehandicapte kinderen.

De uitvoerende organisatie
De Bethleem Foundation werd bij besluit van de president van de Republiek Kameroen in 2007 erkend als een organisatie voor maatschappelijk werk van algemeen nut. Het heeft als doel straatkinderen en wezen bescherming en onderwijs te bieden. De Stichting is voor de helft eigendom van het pauselijk instituut voor buitenlandse missies en voor de helft van de religieuze congregatie “silent workers of the cross”. Beiden zijn ook de grootste sponsors voor de organisatie.

Bethleem Foundation heeft klaslokalen, slaapzalen voor jongens en voor meisjes, en grote werkplaatsen voor houtbewerking en metaalbewerking.

Het beoogde projectresultaat
Met steun van de Europese Unie zijn werkplaatsen en slaapzalen verbouwd en is de capaciteit van het centrum vergroot. Het kan nu 150 jongeren per jaar verwelkomen. Het centrum beschikt evenwel niet over voldoende financiële middelen om de extra gereedschappen en trainingsmateriaal aan te schaffen. De Van Doorn Stichting wil deze organisatie helpen om de benodigde middelen aan te schaffen maar ook om in de toekomst minder afhankelijk te worden van externe financiering, door hen te helpen een onderwijs businessplan op te stellen.

De organisatie zet zich als uiteindelijk doel:
• Het centrum beschikt over kwalitatief en kwantitatief voldoende trainingsmiddelen;
• Het centrum is in staat jongeren kwalificerende professionele vaardigheden te leren waar de lokale markt om vraagt en het centrum kan een grotere groep jongeren deze opleiding aanbieden;
• Het centrum is in staat verschillende objecten en artikelen te maken en daarmee additionele inkomsten genereren;
• Het werkloosheidspercentage onder jongeren daalt, het misdaadcijfer wordt lager en de alliantie met terroristische groeperingen vermindert; en
• Het centrum is meer en meer erkend en bekend in de hele regio

De kans op duurzaamheid
De organisatie beschikt al over alle gebouwen en fondsen voor de salarissen van de leerkrachten en andere medewerkers. De organisatie is tot nu toe slechts voor 30% afhankelijk van sponsors. Gezien de doelgroep worden er in principe geen cursusgeld betaald. Een opleiding duurt 9 maanden en kost feitelijk € 45 aan cursusmateriaal, d.w.z. € 5 per leerling per maand.

De beoogde op-praktijk-gerichte opleidingen moeten het mogelijk maken dat leerlingen werkstukken maken, producten afleveren die verkocht kunnen worden, en voor het centrum de nodige inkomsten genereren om zelf het cursusmateriaal te kunnen bekostigen.

Verloop van het project

KWA Bedrijfsadviseurs stelde in eerste instantie € 4.000 beschikbaar voor aanvullend gereedschap en trainingsmateriaal waardoor een grotere groep (150) stagiaires een beroepsopleiding kan volgen. Van een eerste fondsen kocht CFAAM trainingsmateriaal voor twee beroepsopleidingen (houtbewerking en metaalbewerking). In januari 2020 begonnen 128 studenten enthousiast aan hun opleiding, die vervolgens vanwege de covid-19 pandemie werd opgeschort tot oktober 2020.

In 2021 stelde KWA Bedrijfsadviseurs nog eens € 2.500 voor de aanschaf van trainingsmateriaal voor de kleermakersopleiding.

Het resultaat

Met steun van de Europese Unie zijn extra klaslokalen, werkplaatsen en slaapzalen gebouwd en met de donaties van KWA Bedrijfsadviseurs (€ 4.000 in 2020 en (€ 2.500 in 2021) is er extra gereedschap en trainingsmateriaal voor de verschillende opleidingen aangeschaft. CFAAM heeft daardoor de capaciteit van de ambachtsschool kunnen uitbreiden van 50 naar 150 leerlingen per jaar. De school is er ook in geslaagd om elk kwartaal voldoende inkomsten te genereren voor de lopende kosten van de school en zo financieel onafhankelijk te zijn.